Veelgestelde vragen

Hier vind je heldere antwoorden op veelgestelde vragen over doneren, medische voorwaarden en hoe jij kunt bijdragen aan het redden van levens. Voor nieuwe en ervaren donors en voor iedereen die meer wilt weten over ons werk. Staat je vraag er niet tussen? Neem gerust contact met ons op.

Service & contact

Filter op
Filter op onderwerp
Wie ontdekte de bloedgroepen?

Dr. Karl Landsteiner

Hij beschreef als eerste in 1900 het ABO-systeem. Het is het belangrijkste bloedgroepensysteem bij bloedtransfusies. Hij kreeg hiervoor in 1930 de Nobelprijs.
Naast het ABO-systeem bestaan bijvoorbeeld het Rhesus-bloedgroepsysteem, het Kell-Bloedgroepsysteem en het Duffy-Bloedgroepsysteem.

Word ik opgeroepen om plasma te doneren?

Nee, anders dan bij bloed doneren word je voor plasma doneren niet opgeroepen. Als je wilt doneren, kun je zelf een afspraak maken via MijnSanquin, door ons te bellen op 088-730 8686 of bij de balie van de bloedbank.

Worden bloeddonaties getest op hepatitis E-virus?

Uit onderzoek van Sanquin blijkt dat het hepatitis E-virus relatief vaak voorkomt bij Nederlanders, en dus ook bij donors. Bij een deel van de transfusieontvangers, in het bijzonder patiënten die een stamcel- of orgaantransplantatie ondergaan, kan deze infectie leiden tot ernstige gezondheidsklachten en/of uitstel van de noodzakelijke behandeling. De meest kwetsbare patiëntgroepen ontvangen daarom voedingsadviezen om infectie met het hepatitis E-virus te voorkomen.

Sinds 2017 screent Sanquin daarom alle bloeddonaties op het hepatitis E-virus, zodat patiënten niet meer via transfusie besmet worden. De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport heeft daarmee ingestemd, omdat ook voor haar de veiligheid van patiënten voorop staat.

Meer informatie over de invoering van deze maatregel is te lezen op de website van de Rijksoverheid.

Worden de donors die zich laten vaccineren bij jullie toegelaten voor donatie van bloed? Zo ja, wordt dit ook geregistreerd?

Bij elke keuring wordt een vragenlijst met de donor doorgenomen om te beoordelen of er situaties zijn die van invloed zijn voor de veiligheid van de donor of voor de patiënt als ontvanger van het gedoneerde bloed. Hierbij wordt ook gevraagd of een donor een inenting/vaccinatie heeft gehad sinds de vorige keuring. Na sommige vaccinaties (o.a. DTP, griep, tetanus) mag je direct doneren als je klachtenvrij bent. Na sommige vaccinaties duurt het langer, bijvoorbeeld twee weken na een preventieve hepatitis B vaccinatie of vier weken na een mazelenvaccinatie. 

In geval van een coronavaccin is de uitsteltermijn zeven dagen. Deze termijn is door de Bloedbank bepaald. Deze uitsteltermijn houdt Sanquin Bloedbank aan vanwege eventuele reacties die na de coronavaccinatie kunnen ontstaan, zoals koorts/pijn/jeuk. Bij sommige symptomen is het dan niet mogelijk om te achterhalen of de donor een reactie op vaccinatie heeft, of daadwerkelijk ziek is. Uit voorzorg wordt een donatie daarom uitgesteld.

Alleen als een (corona)vaccinatie de reden is om de donatie uit te stellen, wordt geregistreerd dat een donor een (corona)vaccinatie heeft gehad. Er wordt niet geregistreerd van welke fabrikant de coronavaccinatie was. 

Als na de uitsteltermijn de donor geen klachten van de vaccinatie (meer) heeft, dan is de donor weer welkom om te komen doneren.

Worden de resultaten van dit onderzoek gedeeld met mijn huisarts of andere zorgverleners?

De antwoorden op de vragenlijsten wordt pseudoanoniem verwerkt, wat betekent dat ze niet direct tot jou herleidbaar zijn. We kunnen en zullen daarom niets terugkoppelen naar jouw huisarts of andere zorgverleners. Mocht je je naar aanleiding van het invullen van de vragenlijsten zorgen maken over menstrueel bloedverlies, dan adviseren wij je om contact op te nemen met je huisarts.

Worden plasma- of volbloeddonaties ook getest op COVID-19 antistoffen?

Nee. Voor gewone donaties is er geen noodzaak om deze test te doen. Sanquin doet wel wetenschappelijk onderzoek naar hoeveel donors in Nederland antistoffen hebben gemaakt door periodiek donaties te testen. Dit onderzoek dient om groepsimmuniteit te meten. Donors krijgen geen uitslag van deze test.

Wordt mijn bloed ook onderzocht op kanker?

Nee, je bloed wordt niet onderzocht op kanker. Elke keer als je bloed geeft, wordt dit onderzocht op HIV, hepatitis B, hepatitis C en syfilis. De allereerste keer wordt je bloed ook onderzocht op het HTLV- virus. Dat is een in Nederland zeldzaam virus dat een soort leukemie kan veroorzaken. Als de uitslag van één van deze testen wijst op besmetting, dan informeren wij je hierover.

Het bloed wordt dus lang niet op alle ziekten onderzocht en goedkeuring bij de bloedbank betekent dus niet dat je volledig gezond bent. Zelf ben je de belangrijkste bron van informatie over de veiligheid van je bloed. Als je na een donatie merkt dat je toch een ziekte onder de leden had, dan horen we dat graag. Ons telefoonnummer is 088-730 8686.

Wordt Nederlands bloed gebruikt voor geneesmiddelen in Amerika?

Nee, het Nederlandse bloed wordt niet gebruikt voor Amerikaanse patiënten. Sanquin produceert wel geneesmiddelen voor Amerika, maar deze worden gemaakt uit Amerikaans bloedplasma.

Zijn de donatie-eisen voor plasma anders dan voor bloed?

Als je op reis bent geweest in een gebied met malaria-risico is de wachttijd voor je weer kunt doneren bij plasma vaak korter dan bij bloed. Je moet je 28 dagen wachten met plasma doneren als je buiten Europa bent geweest. Bij bloed doneren is dat 6 maanden als je in een malaria-risicogebied bent geweest. Verder zijn alle donatie-eisen hetzelfde voor bloed en plasma doneren.

Zijn er bij een donatie dingen waar je rekening mee moet houden als het warm is?

Het is vooral belangrijk om extra water te drinken. Op zomerse dagen kan bloed of plasma geven meer consequenties hebben voor je lichaam, vooral voor de waterhuishouding. De kans op een vochttekort is dan groter dan bij normale temperaturen. Bij vochttekort is de kans op duizeligheid iets groter. Drink daarom zowel voor als na de donatie voldoende water; eventueel bouillon om ook je zoutgehalte op peil te houden. Wie echt veel last heeft van de warmte of normaal al wat duizelig is na de donatie, adviseren we om op een andere dag te doneren. We hopen dat de donors die wel goed tegen de warmte kunnen wel komen. Op warme dagen is er immers ook bloed nodig!

Zit er DNA in een bloedproduct en komt dat mee tijdens een bloedtransfusie?

Het DNA van een donor kan nauwelijks meekomen via een bloedtransfusie. Het kan zijn dat DNA van een andere bron dan de donor (zoals bacteriën of virussen) los in het bloed drijft, zonder omhulsel. In die vorm heeft lichaamsvreemd DNA geen enkele invloed op de gezondheid of het eigen DNA van de patiënt. Dat is om de volgende redenen:

Een bloeddonatie gaat nooit “de ene arm uit, de andere in”. Een bloeddonatie wordt door de Bloedbank gesplitst in drie aparte onderdelen: rode bloedcellen, bloedplaatjes en plasma. Een patiënt in het ziekenhuis die bloed nodig heeft, krijgt alleen die onderdelen die nodig zijn: 

  • De bekende  ‘zak bloed bij een trauma of operatie’ is in feite een eenheid rode bloedcellen. Die hebben geen celkern, en bevatten dus geen DNA.
  • Een patiënt die hulp bij bloedstolling nodig heeft, krijgt een eenheid bloedplaatjes. Die hebben ook geen celkern, en dus geen DNA.
  • Plasma is in feite water waar stoffen in drijven. Voedingsstoffen, eiwitten die noodzakelijke lichaamsfuncties aansturen, hormonen. Het kan zijn dat in plasma losse fragmenten DNA of RNA voorkomen (bijvoorbeeld als gevolg van gestorven cellen die uit elkaar zijn gevallen). Die fragmenten zijn inert: het menselijk lichaam verwerkt dat als afval. DNA en RNA zijn alleen werkzaam als die zich in een levende cel bevinden.
  • Eenheden rode bloedcellen en bloedplaatjes bevatten heel kleine hoeveelheden plasma. Dat is zo weinig dat de ontvangende patiënt hier geen nadelige gevolgen van zal ondervinden.

Tenslotte nog over lichaamsvreemd DNA: Parasieten, bacteriën, virussen en voedsel dragen allemaal DNA of RNA in zich en kunnen het lichaam indringen. Sterker nog: ieder van ons heeft meer dan 10 triljoen eenheden mRNA in het lichaam waarvan grofweg de helft afkomstig is van virussen en bacteriën. Het menselijk lichaam is van nature in staat om dit lichaamsvreemde materiaal in zich te dragen en dat zonder verdere schade te verwerken. Al dat lichaamsvreemde DNA heeft géén effect op het eigen DNA.

Zitten er schadelijke stoffen in de vaccins?

Er gaan op Internet verhalen rond over giftige stoffen, grafeen, plasma van geaborteerde baby’s of chips in vaccins. Dat klopt niet.

Op alle geregistreerde vaccins, dus ook op de huidige coronavaccins, is de Europese wet- en regelgeving van toepassing. De regelgevers, toezichthouders en bevoegde autoriteiten hebben geen aanleiding gezien om de coronavaccins buiten de huidige regelgeving te plaatsen. Ook na introductie van vaccins wordt toegezien op ongewenste effecten van vaccinatie, en wanneer nodig ingegrepen door de toezichthouder.

Er zijn tot nu toe geen wetenschappelijk gefundeerde aanwijzingen dat (corona)vaccins, die aan donors zijn toegediend, een risico vormen voor ontvangers van bloedproducten. Tot op heden is uit geen enkel onderzoek gebleken dat (delen van) het vaccin in bloedproducten terecht komen. Sanquin staat hierover in nauw contact met onder andere het ECDC (European Centre for Disease Prevention and Control).

Voor uw vragen en opmerkingen omtrent de aard van vaccinaties verwijzen wij u naar de fabrikanten, de beoordelende partijen EMA en CBG, en het RIVM.