Nog onduidelijk effect van toedienen corona-antistoffen

De Telegraaf gaf onlangs bericht over de uitkomsten van de studie waarin de effecten werden onderzocht van het toedienen van anti-COVID-19-plasma, via transfusie, in de beginfase van een COVID-19-besmetting. De resultaten van deze studie zijn helaas teleurstellend. Maar de inzet van antistoffen uit gedoneerd bloed valt daarmee niet direct af als mogelijke behandeling.

Het toedienen van plasma met antistoffen tegen COVID-19 bij patiënten in de onderzochte risicogroepen bleek in de gebruikte hoeveelheden en in de tweede week van ziekte niet of nauwelijks effect te hebben op het ziekteverloop van deze patiënten. Maar het is nog te vroeg om te concluderen dat behandeling met antistoffen niet werkt.

Lees hier: bericht Telegraaf

Lees hier: uitkomsten studie

Verder onderzoek blijft nodig

Arts-microbioloog Hans Zaaijer: “Er kunnen verschillende oorzaken achter de resultaten van het aangehaalde onderzoek liggen. Misschien werden de antistoffen niet vroeg genoeg toegediend, misschien werd het in te lage doses toegediend, of misschien trok het virus zich niets aan van de aanwezige antistoffen. Ik zou daar nog wel nader onderzoek naar willen doen.”

Daar liggen nu de grootste vragen. Er is nog te weinig inzicht of patiënten mogelijk zelf al antistoffen hadden aangemaakt. Als dat zo is, heeft het toedienen van extra antistoffen maar beperkt nut. Ook is het is belangrijk om te weten of het toedienen van antilichamen nóg vroeger (uiterlijk op dag 7) in het ziekteproces wel een gunstig effect heeft. Dat onderzoek is nog niet afgerond.

Geneesmiddel met behulp van donors

In 2020 en 2021 doneerden duizenden genezen corona-patiënten plasma om zo anti-COVID-19-antistoffen voor patiënten beschikbaar te maken. Sanquin Plasma Products (inmiddels Prothya Biosolutions) maakte er een plasmageneesmiddel van: ampullen met geconcentreerde anti-COVID-19 antistoffen.

De huidige onderzoeksresultaten lijken te suggereren dat ook dit plasmageneesmiddel niet voor grootschalige inzet geschikt zou zijn. Maar voor specifieke groepen patiënten kan dit wel degelijk het verschil maken.

Zaaijer: “De ampullen met geconcentreerde anti-COVID-19-antilichamen worden nu vooral toegediend aan mensen met chronische COVID-19 die, door een slecht eigen immuunsysteem, zelf geen antistoffen kunnen maken. Denk aan mensen met leukemie, met een orgaantransplantatie of zeer heftige reuma. De onderzoeken naar de werking daarvan verwachten we volgend jaar, maar voorlopig lijkt die toepassing daarvan wél hoopgevend.”

Geen druppel gaat verloren

Dankzij de plasmadonaties is de bijdrage aan onderzoek en behandelingsmogelijkheden voor COVID-19 enorm geweest.

Overigens is er in de hele wereld een tekort aan plasma, en daardoor een dreigend tekort aan immunoglobulinen (geneesmiddelen die uit plasma worden gemaakt). De donaties zijn daarvoor ook van groot belang. Als het niet is om COVID-19 patiënten te behandelen, dan is plasma nog steeds levensreddend voor honderdduizenden mensen in Nederland. Er gaat geen druppel verloren.

27 september 2021