Ernstige bloedingen bij baby's voorkomen

In het bloed van een zwangere vrouw kunnen antistoffen zitten die de bloedplaatjes van de baby afbreken. Dian Winkelhorst inventariseerde hoe vaak dat voorkomt en onderzocht of het raadzaam is daar in de toekomst op te screenen. Ze vertelt er hier meer over.

"Mijn onderzoek brengt in kaart of we in de toekomst het bloed van zwangere vrouwen ook na zouden moeten kijken op antistoffen tegen bloedplaatjes. Deze kunnen in zeldzame gevallen leiden tot een tekort aan bloedplaatjes en bloedingen bij de baby. We noemen dit Foetale/Neonatale  Alloimmuun Trombocytopenie (FNAIT). Met mijn onderzoek inventariseer ik hoe vaak dit gebeurt en ontwikkel ik betere testen, want die zijn er nu nog niet. Vroege screening in de zwangerschap en tijdige behandeling met antistoffen uit donorplasma (IVIg) kan FNAIT namelijk voorkomen".

HIP-studie

"Voor de studie, de HIP-studie geheten, meten we bij zwangere vrouwen de plaatjesbloedgroep. Ontbreekt de bloedgroep, dan zouden zij antistoffen kunnen aanmaken als hun baby wel positief is. Ook die antistoffen meten we. Verder vragen we ruim na de bevalling bij de verloskundige of gynaecoloog naar de gezondheid van de baby. Alle uitslagen worden anoniem opgeslagen, het gaat puur om het inventariseren. We vragen zwangere vrouwen die Rhesus D- en c-negatief zijn om mee te doen met de studie. Het is belangrijk dat die allemaal meedoen, want we mogen, alleen na instemming van de zwangere vrouw, het bloed dat overblijft na de routine-screening in de zwangerschap gebruiken. Dat bloed is al bij Sanquin. Zo hoeft er geen extra bloed afgenomen te worden. Voor een toekomstige diagnostische test onderzoeken we welke antistoffen tegen bloedplaatjes schadelijk zijn en waar deze precies aan binden".

Plaatjesbloedgroep

"De plaatjesbloedgroep, HPA-1a, zit ook op bloedvatcellen en cellen van de placenta. Als antistoffen daar ook aan binden zouden ze mogelijk meer kwaad kunnen. Ook aan de suikersamenstelling van antistoffen kunnen we mogelijk aflezen hoe gevaarlijk deze zijn. Als het onderzoek is afgerond en alles is geanalyseerd weten we of het raadzaam is om in de toekomst ook te screenen op FNAIT, met als doel ernstige bloedingen bij baby’s te voorkomen. Misschien is het mogelijk om een preventieve behandeling te ontwikkelen, net als het anti-D". 

Dian Winkelhorst is arts-onderzoeker en promoveert op 26 november 2019 bij de Universiteit Leiden. Ze heeft haar onderzoek uitgevoerd bij Sanquin/LUMC. Voor het opzetten van de HIP-studie heeft ze in 2017 een belangrijke prijs gewonnen op het terrein van de verloskunde.

De HIP studie is nog in volle gang. Inmiddels nemen al meer dan 37.500 vrouwen deel aan het onderzoek. Omdat de plaatjesbloedgroep waar naar gezocht wordt zo weinig voorkomt, zijn veel vrouwen nodig voor het slagen van de studie. De onderzoekers streven er daarom nog naar om zo’n 10.000 extra vrouwen mee te laten doen. In 2020 worden de gegevens van het laatste gedeelte verzameld. Iedereen is enorm dankbaar voor deelname van deze vrouwen en de zorgverleners die vrouwen voorlichten over de studie.

Thijs de Vos, arts-onderzoeker, heeft inmiddels het stokje van Dian overgenomen.

 

Nog geen donor? Er wordt op je gerekend!

25 november 2019