Getypeerde erytrocyten & SBFB

Voor patiënten met een bijzondere bloedgroep, met antistoffen tegen hoogfrequente bloedgroepantigenen en/of een lastige combinatie van alloantistoffen, kan het lastig zijn om compatibel bloed te vinden. In deze gevallen wordt in overleg met de artsen van de afdeling transfusiegeneeskunde een transfusieadvies opgesteld. 

Sanquin heeft een bestand van donors met zeldzame bloedgroeptyperingen die hiervoor opgeroepen kunnen worden. Sanquin rekent hier een toeslag voor. Het is belangrijk om tijdig contact hierover op te nemen. 
Is het, in uitzonderlijke gevallen, toch niet mogelijk om een donor op te roepen om een verse eenheid te doneren, dan beschikt Sanquin over een bevroren voorraad erytrocyten met bijzondere typeringen. Deze eenheden liggen opgeslagen in de Sanquin Bank of Frozen Blood.

Naar Prijslijst (inlog) 

Uitgebreid getypeerde erytrocyten eenheden dienen aangevraagd te worden volgens de indicaties genoemd in de richtlijn Bloedtransfusiegeneeskunde, ofwel in overleg met de afdeling transfusiegeneeskunde/IHD van Sanquin, om schaarste te voorkomen. 

Bij patiënten die worden behandeld met daratumumab (Darzalex) of isatuximab (Sarclisa), monoklonale antistoffen gericht tegen CD38, kan er interferentie ontstaan met laboratoriumtesten die worden gedaan voorafgaande aan een bloedtransfusie. Alle testerytrocyten worden reactief, waarbij de autocontrole negatief is. In de meeste gevallen kan de aanwezigh   eid van klinisch belangrijke allo-antistoffen uitgesloten met een AET/DTT behandeld testpanel. Worden er geen allo-antistoffen aangetoond, dan kan men volstaan met selectie van alleen Rh fenotype en K compatibele erytrocyten. Het bestellen van getypeerde erytrocyten bij daratumumab of isatuximab is dan ook alleen in spoedgevallen geïndiceerd. 

Mogelijkheid om alloantistoffen uit te sluiten bij gebruik van daratumumab of isatuximab 

  • Screening met AET of DTT behandeld testpanel (testerytrocyten) waarbij CD38 wordt verwijderd
  • Alleen bij kruisproefindicatie ook kruisen met Dara-ex; bij patiënten met:             
    - Alloantistoffen 
    - Allogene stamceltransplantatie 
    - Antistoffen tegen een HFA (hoog frequent antigeen) binnen het 
      Kell bloedgroepsysteem 

De Sanquin Bank of Frozen Blood beheert een voorraad ingevroren rode cellen met zeldzame bloedgroeptyperingen. 

Er zijn twee groepen patiënten voor wie het zeer moeilijk is om compatibele erytrocyten te vinden. Dat zijn de mensen met alloantistoffen tegen hoog frequente bloedgroepantigenen en de mensen met een lastige combinatie van alloantistoffen. 
Als er geen walking donors beschikbaar zijn en autologe erytrocyten voor hen niet of onvoldoende beschikbaar of te realiseren zijn, zouden in overleg met de afdeling transfusiegeneeskunde ingevroren erytrocyten van de SBFB uitkomst kunnen bieden. 

Bereiding en gebruik 

Er zijn twee methodes waarop de erytrocyten ingevroren zijn in de SBFB. Tot 2006 gebruikte de SBFB de lage-glycerolmethode. Glycerol beschermt de rode cellen tegen schade die ontstaat bij invriezen en ontdooien. De rode cellen die volgens deze methode zijn behandeld, worden bewaard bij –196°C in vloeibare stikstof. Hierbij wordt gebruikt gemaakt van een open systeem, waardoor de eenheden maar 24 uur houdbaar zijn. 
Sinds 2006 gebruikt de SBFB de hoge-glycerolmethode die het mogelijk maakt om de ingevroren rode cellen bij - 80°C in de vriezer te bewaren, deze eenheden zijn 48 uur houdbaar na ontdooien  

Het ontdooien en reconstitueren van ingevroren erytrocyten neemt ongeveer 4 tot 6 uur in beslag. Bij voorkeur gebeurt dit binnen kantooruren. Zijn er meer dan vier eenheden nodig, dan duurt dit proces ongeveer 2 uur langer. Ook moet u rekening houden met de transporttijd. 

Zwangeren met klinische relevante allo-antistoffen 

Zwangeren worden in de 12e en eventueel 27e week van de zwangerschap gescreend op allo-antistoffen tegen erytrocytantigenen. Als er bij de screening een antistof wordt gevonden, kan dit klinische gevolgen hebben voor de foetus en neonaat (hemolytische ziekte van de foetus en pasgeborene (HZFP) en gevolgen hebben voor de beschikbaarheid voor bloedproducten voor de moeder.  Zeker als het gaat om een antistof tegen een hoogfrequent antigeen of een combinatie van meerdere antistoffen. In deze gevallen dient er samen met de klinisch chemicus en transfusiearts een individueel transfusiebeleid te worden opgesteld. Hiervoor zijn onze transfusieartsen beschikbaar voor overleg.