Veelgestelde vragen

Je mag bloed geven als het een preventieve vaccinatie (griepprik) is en je klachtenvrij bent.

Mag ik na andere vaccinaties bloed of plasma mag geven?

Vanaf drie maanden na je herstel mag je weer bloed of plasma geven.

Contact met patiënt: Heb je intensief contact gehad met een patiënt met hepatitis A dan mag je drie maanden na het laatste contact weer bloed geven (met intensief contact bedoelen we contact met personen die hetzelfde bestek of scheermes gebruiken of van hetzelfde toilet gebruik maken). Daarbij maakt het niet uit of je een vaccinatie voor hepatitis A hebt gehad.

Vaccinatie: Heb je een hepatitis A vaccinatie gehad voordat je op reis gaat dan kun je gewoon bloed geven. Heb je een vaccinatie gehad omdat je risico op hepatitis A hebt gelopen, dan mag je drie maanden na de vaccinatie weer bloed geven.

Ten eerste: Sanquin bewerkt al het gedoneerde bloed. Daarbij zijn sinds de start van de vaccinatiecampagne (6 januari 2021) niet dit soort afwijkingen van rode bloedcellen gevonden. Daarnaast wordt in de grotere ziekenhuizen elke dag het bloed van tientallen mensen bestudeerd onder de microscoop. Het betreft daarbij vaak bloed van gevaccineerde mensen. Een dergelijk effect is nog nooit waargenomen.

Ten tweede: Er wordt zo’n 7.500 keer per week bloed gedoneerd, waaruit jaarlijks ongeveer 700.000 transfusies aan 80.000 patiënten worden gegeven. Elke transfusie is voor de patiënt lichaamsvreemd materiaal, dus artsen en verpleegkundigen houden elke transfusiepatiënt nauw in de gaten om te kijken of deze goed reageert. Mogelijke reacties worden landelijk bijgehouden, en Sanquin krijgt het altijd te horen als er een negatieve reactie is geweest op een transfusie, zodat we aan onze kant kunnen kijken wat dat heeft veroorzaakt.

In Nederland zijn nul reacties op transfusies gerapporteerd die veroorzaakt kunnen zijn door COVID-19 vaccinatie van de bloeddonor. Internationaal houdt het European Centre for Disease Control en Prevention (ECDC) dat bij. Ook daar is er geen enkele melding geweest.

Oftewel, dat soort video’s of plaatjes tonen niet de werkelijkheid.

Je mag bloed of plasma geven - als je klachtenvrij bent - na een preventieve vaccinatie voor:

• (Buik)tyfus (injectie)
• Cholera (Dukoral vaccin)
• Difterie
• DTP
• Griep (influenza) / griepprik
• Haemophilus influenzae
• Hepatitis A
• Hondsdolheid (rabiës)
• Humaan papillomavirus (Gardasil)
• Kinkhoest
• Meningokokken
• Pneumokokken
• Polio (injectie)
• Tekenencephalitis (FSME)
• Tetanus
• Tyfus

Even geen bloed of plasma geven (zeven dagen) na vaccinatie voor:

• Corona / COVID-19. Krijg je het vaccin in twee doses, dan moet je na elke prikken zeven dagen wachten voor je weer komt doneren. Heb je een experimenteel en/of ongeregistreerd vaccin ontvangen? Dan mag je een maand niet doneren, neem dan contact met ons op 088-730 8686.

Even geen bloed of plasma geven (twee weken) na vaccinatie voor:

• Hepatitis B of hepatitis A + B

Even geen bloed of plasma geven (vier weken) na vaccinatie voor:

• (Buik)tyfus (tablet)
• BCG
• Bof
• BMR (bof-mazelen-rodehond)
• Cholera (Vaxchora vaccin)
• Dengue (Qdenga vaccin)
• Gele koorts
• Mazelen
• Experimenteel en/of ongeregistreerd vaccin (ook voor corona / COVID-19)
• Polio (tablet)
• Rodehond

Geen bloed of plasma geven (drie maanden) na vaccinatie voor:

• Hepatitis A na contact

Geen bloed of plasma geven (vier maanden) na vaccinatie voor:

• Hepatitis B na bloed-bloed contact, snij-, prik- of spatincident

Geen bloed of plasma geven (1 jaar) na vaccinatie voor:

• Hondsdolheid (rabiës)vaccinatie (na contact met een besmet dier)
• Tekenencephalitis (FSME), na blootstelling (bijvoorbeeld door tekenbeet)

Neem in geval van een experimenteel vaccin contact op met de bloedbank via 088-730 8686.

Het dringende advies is om niet te komen doneren als je later op dezelfde dag een afspraak hebt voor een vaccinatie. 

Nee, een vaccinatie zet je immuunsysteem aan het werk om antistoffen te maken tegen het coronavirus. Een bloed- of plasmadonatie heeft hier geen invloed op.

Hepatitis B-vaccinatie: je mag twee weken na je vaccinatie weer bloed of plasma geven.

Beroepsrisico: Contact met een hepatitis B-patiënt is geen bezwaar voor het geven van bloed of plasma tenzij je een prik- snij- spat- of bijtaccident hebt gehad. In dat geval is bloed of plasma geven toegestaan vier maanden na het prik- snij- spat- of bijtaccident.

Partner of huisgenoot heeft hepatitis B (gehad): Neem contact op met de bloedbank (088-730 8686).

Infectie: Neem contact op met de bloedbank (088-730 8686).

We kunnen geen onderscheid maken tussen klachten die passen bij ziekte en klachten als bijwerking van de vaccinatie. Als je griepachtige klachten of koorts gehad hebt, mag je weer doneren als je 14 dagen klachtenvrij bent en je fit voelt.

Ja, maar dit is maar een klein deel. Gemiddeld heeft een mens vijf liter bloed. Je geeft 500 ml per bloeddonatie of, afhankelijk van lengte en gewicht, 500 tot 820 ml plasma per plasmadonatie. Daardoor geef je maar zo’n 10 procent van je antistoffen af. Uit het plasma van volbloed- en de meeste plasmaferese-procedures wordt van deze antistoffen bijvoorbeeld ook IVIG - intraveneuze immunoglobulinen - gemaakt. Dit wordt gebruikt bij mensen met afweerstoornissen of bij een auto-immuunziekte.

Als je gezond bent, kun je deze antistoffen zonder problemen missen. Je lichaam maakt deze antistoffen overigens gewoon weer aan. Ook de antistoffen die je na een vaccinatie hebt opgebouwd, kunnen tijdens een donatie dalen. Dit verschilt per soort antistof en per donor. Ook dit is niet erg. Je lichaam heeft namelijk geheugencellen die - zodra er een nieuw contact is met de ziekteverwekker - weer actief antistoffen zullen maken. Deze geheugencellen bevinden zich voornamelijk buiten de bloedbaan in de lymfeklieren en milt. Hierdoor nemen je afweercellen nauwelijks af bij een bloed- of plasmadonatie.

Als je besmet raakt met een virus of een andere ziektekiem, ziekteverwekker, bacterie of micro-organisme, maakt je afweersysteem een antistof aan om de ziekteverwekker onschadelijk te maken. Je wordt dan vaak ziek, maar je geneest meestal weer. Soms is de verwekker te sterk of te hardnekkig, of je afweersysteem schiet te kort.

In sommige gevallen is ziekte te voorkomen door vaccinatie. Je afweersysteem wordt dan in aanraking gebracht met een verzwakte of gedode verwekker. Dan wordt je meestal niet ziek, terwijl je wel antistoffen aanmaakt. Als je vervolgens besmet raakt met de ziekteverwekker, word je vervolgens niet ziek aangezien je antistoffen al beschikbaar zijn.

Het is ook mogelijk om een mens te beschermen en genezen met de antistoffen van een ander mens.