menu

Afweer zwangere vergist zich: antistoffen tegen bloedcellen baby

De suikersamenstelling van antistoffen bepaalt of ze krachtig of minder krachtig zijn. Krachtige antistoffen hebben een laag gehalte van het suiker fucose.

We maken dit soort antistoffen aan om lichaamsvreemde stoffen zoals virussen te bestrijden. Soms maken we die antistoffen per vergissing. Bijvoorbeeld tijdens de zwangerschap. Dat schrijft Myrthe Sonneveld in haar proefschrift.

In zeldzame gevallen maken zwangere vrouwen antistoffen aan tegen bloedcellen van hun ongeboren kind. Die afweerreactie kan leiden tot bloedingen bij de baby. Myrthe Sonnevelds promotieonderzoek draagt bij aan een diagnostische test die kan voorspellen hoe gevaarlijk die antistoffen van moeder precies zijn. Ze bracht daarvoor de samenstelling van de verschillende suikergroepen in kaart. Vooral het gehalte van het suiker fucose bleek belangrijk. Hoe minder fucose, hoe krachtiger de antistof. Die test kan uitwijzen welke zwangere vrouwen behandeling nodig hebben.

zoom_out_map

Auto-immuunziekten

Myrthe vroeg zich af of dit soort krachtige antistoffen ook voorkomen bij mensen die tegen hun eigen bloedcellen antistoffen aanmaken. Zoals bij de auto-immuunziekten auto-immuun hemolytische anemie (AIHA) en immuun trombocytopenie (ITP). Ook hier onderzocht ze de suikersamenstelling van de antistoffen. Opvallend was dat de antistoffen tegen lichaamseigen bloedcellen geen verlaagd fucosegehalte hebben. Myrthe denkt dat het lichaam bij auto-immuunziekten met een ander type antistof reageert dan op immuunprikkels van buiten het eigen lichaam. Waarschijnlijk wordt bij deze ernstige auto-immuunziekten de afweerreactie op een andere manier kracht bijgezet.

Virusjasje

Wat bepaalt nu of het immuunsysteem iets als lichaamsvreemd beschouwt en de krachtigste antistoffen gaat aanmaken? Myrthe keek daarvoor onder andere naar het hepatitis B virus. Ze analyseerde de antistoffen van mensen die een virusbesmetting hadden doorgemaakt en vergeleek die met die van mensen die gevaccineerd werden. Alleen mensen die met echt virus besmet waren geweest maakten antistoffen met weinig fucose. Het verschil zat hem in de aard van het virus. Bij de vaccinatie werd onschadelijk, uitgekleed virus toegediend. Het bleek het buitenste jasje van het virus te zijn dat ons afweersysteem vertelt dat het om een lichaamsvreemde indringer gaat. Helaas kan zo’n reactie ook worden opgewekt door bloedcellen van het ongeboren kind. Die lijken soms akelig veel op een virusjasje, toonde Myrthe met haar proeven aan.

Myrthe Sonneveld deed haar promotieonderzoek bij Sanquin bij de groep van Gestur Vidarsson. Ze verdedigt haar proefschrift op 22 september 2017, om 14:00 uur in de Agnietenkapel te Amsterdam.

22 september 2017