De betekenis van ITP
ITP staat voor immuun trombocytopenie. Trombocyt betekent bloedplaatje, penie betekent tekort. Een tekort aan bloedplaatjes dus. De ziekte stond ook wel bekend als de ziekte van Werlhof, naar de ontdekker van deze ziekte. Bij ITP richten je lichaamseigen antistoffen zich op de eiwitten op de wand van je bloedplaatjes. Hierdoor breken je bloedplaatjes af. En ontstaat er een tekort aan bloedplaatjes door je eigen lichaam.
De symptomen van ITP
De belangrijkste symptomen bij een tekort aan bloedplaatjes zijn bloedingen. Er ontstaan zonder dat je iets hebt gemerkt blauwe plekken en puntbloedinkjes onder je huid. Naast interne bloedingen kunnen gewone wondjes langer blijven bloeden, kan je tandvlees gaan bloeden, of krijg je bloedneuzen. Bij vrouwen is de menstruatie vaak heftiger. En ondanks dat het risico klein is, is er een iets hogere kans op hersenbloedingen of maagdarmbloedingen. Door ernstige bloedingen kan ITP dodelijk zijn, dit komt gelukkig maar heel weinig voor.
ITP en vermoeidheid
ITP gaat vaak gepaard met vermoeidheid. Waar deze vermoeidheidsklachten bij ITP precies vandaan komen is nog niet helemaal duidelijk. Mogelijk spelen de bloedingen, het immuunsysteem en de mentale invloed van een heftige ziekte een rol.
Leven met ITP
Leven met ITP betekent dat je extra voorzichtig moet zijn om bloedingen te voorkomen. Bij een bezoek aan de tandarts of een medische ingreep is het daarom altijd belangrijk om te vertellen dat je ITP hebt. De aandoening is niet altijd chronisch; vooral bij kinderen kan de ziekte na een tijdje (meestal binnen 12 maanden) weer overgaan. Bij volwassenen is het vaak wel chronisch.
Is ITP erfelijk?
ITP is een auto-immuunziekte en is niet erfelijk. Je hoeft dus niet bang te zijn dat je het doorgeeft aan je kind. De ziekte treedt vooral op bij jonge kinderen, en ontstaat soms na een virusinfectie. Meestal is er geen duidelijk aanwijsbare reden.
ITP behandeling
Zodra je de diagnose ITP krijgt, kom je meestal onder behandeling bij de afdeling hematologie. Kinderen worden soms alleen in de gaten gehouden, omdat de ziekte vaak vanzelf verdwijnt en behandeling niet nodig is. Een deel van de kinderen wordt behandeld met immunoglobuline, antistoffen uit donorplasma. Het verwijderen van de milt via een operatie kan verlichting geven, maar je kunt gevoeliger worden voor sommige infecties. Immuunremmers worden soms gegeven.